Straatmonument „Route Charlemagne“
Aan de zuidelijke zijde van de huidige L 419 herinnert een imposante zandstenen obelisk aan de uitbreiding van de landweg Mainz-Bingen door de toenmalige Franse regering, die in 1807 werd voltooid. Op de twee- talige inscripties op de sokkel worden de verantwoordelijken voor de werkzaamheden genoemd, waaronder ook Georg Arnold, die ook het ontwerp voor de fontein voor het oude stadhuis heeft gemaakt.
Tegenover het monument ligt de „Villa Steig”, waar vanaf 1881 tot aan zijn dood in 1887 de Nederlandse schrijver Eduard Douwes Dekker woonde. Hij had ongeveer 20 jaar in de toenmalige kolonie Nederlands-Indië gewoond (eerder Java, later Sumatra en Celebes) en had daar een hoge functie binnen de administratie bekleed. Vanwege zijn kritiek op de sociale misstanden en de corruptie binnen de regering zag hij zich genoodzaakt om zijn contract op te zeggen. Terug in Europa publiceerde hij zijn ervaringen onder de naam Multatuli (lat.: “Ik heb veel verdragen”) in zijn bekendste werk “Max Havelaar”. De auteur wordt ook vandaag de dag nog zeer gewaardeerd in zijn thuisland.
Op de locatie van Villa Steig bevond zich in de 16e eeuw een pelgrimskapel. Deze was gebouwd op de plaats van een stenen kruis, dat al in 1398 bestond. Hier was een rustplaats voor de pelgrims naar Aken, die voornamelijk uit Hongarije kwamen. De pelgrimstocht vond sinds het midden van de 14e eeuw om de zeven jaar plaats en bracht veel reizigers naar de plaats. De kapel verloor na de invoering van de Reformatie in 1565 aan betekenis. Een altaarsteen en bouwmateriaal zouden in de Remigiuskerk zijn gebruikt. Tegenwoordig herinnert de toponiem “Auf der Kreuzkirch” nog aan het verdwenen bouwwerk.


